| 
View
 

arcana-liederen.txt

File history uploaded by Richard Jansen 3 years, 2 months ago
Grom’s ziekmelding (the sicknote)

Een goede avond heren, voor u heb ik een bericht
Want u moet weten voordat ik van luiheid word beticht,
Dat ik vol met schram en builen zit, van al die pakken slaag
Dus ik hoop dat u begrijpt dat Grom niet werken komt vandaag

Als landarbeider werk ik lange dagen op het land
Maar dat is heel gevaarlijk want ik was bijna van kant
Door alle monsters die daar zijn, die mogen mij niet graag
Dus ik hoop dat u begrijpt dat Grom niet werken komt vandaag

Terwijl ik naar mijn werk liep stond ik voor een hoge brug
Daar kwam ineens een trol vandaan die riep kom jij eens terug.
Ik trok een sprint, niet snel genoeg, hij greep mij in mijn kraag
Dus ik hoop dat u begrijpt dat Grom niet werken komt vandaag

Twee koper armer aan die trol kon ik weer verder gaan
Maar even verderop zag ik heer Zipolantis staan.
Ik rende weg, maar was te laat, ik was nog stram en stijf
En ik hoorde hem iets roepen van: hier komt een vuurbal vijf.

Doordat ik snel sloot in sprong heb ik het net gered
Verzwikte wel mijn enkel en die moet nog recht gezet.
Die tovenaars zijn voor een ork een vreselijke plaag
Dus ik hoop dat u begrijpt dat Grom niet werken komt vandaag

Iets verder op een bospad liep een aardman mij voorbij
Maar toen hij naast me stond wierp hij ineens een bom opzij
Dat had ik niet van hem verwacht en tot mijn grote schrik
Het was een hele dikke en de lont stond in de fik.

Ik denk nu snel wegwezen, nee ik trap die bom wel weg.
Maar dat heeft niet geholpen want ik heb ook altijd pech.
Eerst kneusde ik daarbij mijn teen omdat de bom veel woog,
En ik had niet goed gekeken want de weg die liep omhoog.

De bom die rolde toen weer terug en is vlak bij mij ontploft.
Ik vind die aardman eigenlijk ontzettend onbeschoft.
U moet mij maar vergeven dat ik mij zozeer beklaag.
En ik hoop dat u begrijpt dat Grom niet werken komt vandaag.

Toen ik bijna bij mijn werk was is het vreselijk mis gegaan,
Want tussen bomen zag ik hier en daar wat mensen staan.
Ik dacht ik loop daar wel doorheen, maar voordat ik het wist
Stond ik midden in de exercitie van de iron fist

Een grote muur van schilden kwam heel dreigend naar mij toe.
De wolf die riep nog: maak hem af, het maakt me niet uit hoe.
Toen stormden ze naar voren en ik kreeg de volle laag,
Dus ik hoop dat u begrijpt dat Grom niet werken komt vandaag.

============================================================

Het land Redoban (stad Amsterdam)

In het land Redoban, waar woestijnlieden lallen
Tot hun nachtmerries schallen over oud Redoban
In het land Redoban, waar de woestijnlieden, dronken
Als een wimpel zo lam, in de hokken gaan ronken
In het land Redoban, waar woestijnman verzuipt
Vol van bier en van gram, als de morgen ontluikt
In het land Redoban, waar woestijnman ontwaakt
Als de warmte weer blaakt over duinwal en pan

In het land Redoban, waar woestijnlieden bikken
Gouden dadels gaan slikken, bij de tak uit de hand
Van de hand in de tand, smijten zij met hun knaken
En ze zullen hem raken als een vis op het zand
En ze stinken naar dahl, in hun grof bruine pijen
En ze stinken naar vijgen, daarmee doen zij hun maal
Na hun maal staan zij op om hun broek dicht te knopen 
En dan gaan ze weer lopen en het boert in hun krop

In het land Redoban, waar woestijnlieden zwieren
En de meiden versieren, buik aan buik, lekker klam
En ze draaien hun wals als een wentelende zon
Op de klank, dun en vals, van een accordeon
En zo rood als een kreeft happen zij naar wat lucht
Tot opeens met een zucht de muziek het begeeft
Met een air van gewicht voeren zij met wat spijt 
Dan hun Fatimah meid weer terug in het licht

In het land Redoban waar woestijnlieden zuipen
En maar zuipen en maar zuipen en daarop nog eens zuipen
Zuipen op het geluk van een hoer van de hallen
Of een Haribdische hoer, nou ja, van een goed stuk
Van een slet die zichzelf in haar deugd heeft geschonken
Voor een goudstuk of elf ja dan zijn ze goed dronken
Met hun wankelende lijven lozen zij dan hun drank
En ze pissen zoals ik jank om de ontrouw der wijven

============================================================

Abul (melodie: Haleluja)

Ik kwam hem tegen in het woud
Het werd al donker en wat koud
Hij zei kom allen binnen zit en sta nie
Ik ben Abul, je bent mijn gast
En pak wat drinken uit de kast
Wees welkom in de tent van de nomadi

De nomadi, de nomadi, de nomadi, de nomadi

Want Abul is een handelaar
Zijn keuze ruim, zijn prijs niet zwaar
Het trekt hier rond met al zijn kameradi
En is je harnas weer eens stuk
Hij maakt het zo wat een geluk
De beste service van deze nomadi

Ik vroeg of hij mij leren kan
Om zelf te smeden als een man
Want in de strijd krijgen wij veel beschadi
Hij zei ik leer je als je wil
Maar niet een beetje als een gril
Wij doen zoiets niet zomaar als nomadi

Hij zei ik ben een man van eer
Voordat ik smeden aan je leer
Vertel je argumenten ik versta die
Zeg mij waarom je smid wil zijn
Je motivaties groot en klein
Dan leer je smeden zoals de nomadi

En ook wil ik dat je bedenkt
Wat je kunt geven als geschenk
Kom daarna naar mijn kamp over de padi
Ik sta voor u zoals u ziet
En schenk u nu dit schone lied
zodat ik ook kan smeden als nomadi

============================================================

Wilde Landen (wild rover)

Ik kom uit een dorpje, zo stil en zo zacht 
En zo eens in het jaar wordt de koe weer verkracht 
De rest is niet spannend, er gebeurt hier geen fluit 
Dus ik pak mijn gitaar en ik trek er op uit 

In de wilde landen, is er altijd vertier
Als je iets wil beleven, beleef je het hier

Ik ging naar een kroeg toe, daar speelde een band 
Maar na twee nummers spelen was iedereen ontstemd 
Plots kwam daar een bard aan en die speelde wat mee 
En na twee, drie akkoorden was 't feest in 't cafe 

In de wilde landen, is er altijd vertier
Als je iets wil beleven, beleef je het hier

We staan in een bierschuur, het dak moet eraf 
We hebben veel dorst dus gaat bier in 't karaf 
We houden van vrouwen, gezang en veel bier 
En een tent vol met Alven interesseert ons geen zier 

In de wilde landen, is er altijd vertier
Als je iets wil gaan drinken, bestel je het hier

Ik ging op vakantie naar een land ver van hier 
Ik zocht daar de vrouwen, de zon en vertier 
Maar ze vielen op watjes, alleen maar gezeik
Dus geef mij maar een vrouw uit het Umbrische rijk 

In de wilde landen, is er altijd vertier
Als je iets wil versieren, versier je het hier

Ze gaan me begraven heel diep in de grond 
Maar ook daar hangt de smaak van het bier in mijn mond 
En al lig ik voor lijk, ik ga te keer als een beest 
Want ook ondooie Helden die maken het feest 

In de wilde landen, zelfs zo dood als een pier
Als je iets wil beleven, beleef je het hier

============================================================

Fjinnan lied (land van Maas en Waal)

Onder de blauwe hemel in de gouden zon
zetten wij de helmen op en we gorden zwaarden om.
We trekken over heuvels en door de diepe sneeuw
een lange stoet de bergen in, de oorlog is ons deel.
We lachen en we zingen en vertellen ons verhaal,
want daar achter de hoge bergen
wacht de dood ons allemaal.

Ik loop gearmd met mijn broeders voorop.
Daarachter twintig rijen met een kater in hun kop.
De kou bijt in de botten, de wind rukt aan ons haar,
maar wij moeten lachen want wij sterven allen daar. 
Ik reik een meisje mijn ijzeren hand,
ze kruipt in mijn armen door liefde overmand.
Ik deel haar met mijn broeders, de warmte houdt ons vrij,
we feesten met z'n allen en we drinken met stampij. 

Onder de zwarte hemel in de zilv'ren zon
heffen wij de zwaarden op en we leggen ied'reen om.
Het bloed loopt door de heuvels en door de sneeuw omlaag
we vechten ons naar zee en we schepen in vandaag.
We lachen en we zingen en vertellen ons verhaal,
want daar op de woeste zee
wacht de dood ons allemaal.

We zijn aan de koning van Pelinor ontsnapt,
die had ons in zijn bed en de provisiekast betrapt.
We staken alle kerken met brandewijn in brand,
verkrachtten alle vrouwen en we plunderden het land.
Het leed is geleden, de horizon schijnt
wanneer de doden dronken zijn en duisternis verdwijnt.
Dan steken we de loftrompet en ook de dikke vrouw
we drinken en we feesten want we zijn elkander trouw.

Onder de gouden hemel in de zwarte zon
klieven schepen door het water en de zeilen staan weer bol.
We varen over zee en we plunderen het land
en wie ons in de weg staat die maken we van kant,
Want we zijn de stoere Fjinnan en we lachen allemaal,
want daar achter de hoge bergen
wacht de dood ons allemaal.

============================================================

De Zon (the rose)

Zie de zon, aanschouw haar stralen
Die al wat leeft verwarmd
Zie haar zegen op ons dalen
En ons als een vriend omarmd

Zie wat zij zoal laat groeien
En wat in haar schijnsel leeft
Zie wat zij voor ons laat bloeien
In de warmte die zij geeft

Maar haar stralen kunnen jagen
Op de wezens van de nacht
Die het licht niet kan verdragen
Brandt zij neer met al haar kracht

Zij beschermt al die haar lief heeft
Zolang zij aan de hemel staat
Maar als zon voor nacht moet wijken
Wees bevreesd voor al het kwaad

Als je in de koude nachten
in het donker om je heen
Vele monsters kan verwachten
Nu de zon er niet meer scheen

Denk dan aan de warme stralen
Waar de ochtend mee begon
Iedre avond zal zij dalen
Maar ook morgen schijnt de zon

============================================================

De rode paladijn (rains of castamere)

En wie, ben jij, zo sprak de held
Dat ik hier voor jou kniel?
Een druppel bloed, staat op mijn schild
Maar ik heb nog mijn ziel

Op een schild met rood of een schild met zwart
Mijn zwaard hangt langs mijn zij
En mijn zwaard is lang en schep mijn heer
Zo scherp als dat van jij

Ik ben het vuur, ik ben het vuur
De rode paladijn
Het regent bloed, wanneer ik strijd
En strijd die moet er zijn
Ja het regent bloed wanneer ik strijd
Want strijden vind ik fijn.

============================================================

Petraeiaan rust nu zacht (motherland)

Waarheen kan ik nog gaan, 
bij deze rampspoed vandaan.
Weg uit de groene hel, uit dit demonenspel, snel
Luister wat ik vertel.
Breng nog een laatste groet, 
voor je makkers gevallen in bloed.
Gedenk hun standvastigheid, 
ze sneuvelden in de strijd, bereid.
En wie zij hebben bevrijd.

Refrein:
Petraeiaan, rust nu zacht, 
al je vrienden die houden de wacht.
Want een held is gestorven, 
zijn ziel onbedorven en vrij.
Strijd nog een keer met mij.

Een synode ving aan,
Maar de horde kwam er al aan.
Een laatste Petraei rij, gaf hen een aftocht vrij-baan.
Om daar niet te vergaan.

Refrein

Want hij stond op wacht, met zijn schild en kracht.
Maar de Andras horde kwam te onverwacht.
Want hij stond op wacht, met zijn schild en kracht.
Maar de Andras horde, heeft hem afgeslacht.

Maar met vijf tegen veel,
Werd toch het noodlot hun deel.
Andras een hak gezet, de synode werd gered en leeft
Vier Petraei gesneefd.

Refrein 2 *

============================================================

Bonte Vos bier (Mull of Kyntire)

Refrein:

Bonte Vos bier, jouw schuim op mijn lippen,
mijn grootste plezier, daar kan niets aan tippen.
Oh Bonte Vos bier

Ik ben een zwerver, ik drink wat ik krijg.
En dat bepaalt of ik zing of ik zwijg.
Maar ik erken ik ben hier goed gelaafd,
dus ik schenk u dit lied en ik hou het beschaafd

Ik heb gedronken uit zuiver kristal,
wijn uit de wolden en water uit 't dal.
Maar er is niets wat mijn hart zo begeert,
als het bier uit mijn herberg, wat hier mijn keel smeert

Gastheer verassing: mijn glas is weer leeg,
had u misschien liever toch dat ik zweeg?
Moet een vergissing zijn, niets aan de hand,
kom ik kijk even weg en weer vol tot de rand. met

Wie op het land werkt heeft ook wel eens dorst,
altijd maar zwoegen en nooit afgelost.
Neem eens een pauze en drink dan een slok,
maar dan weer aan het werk of je hoofd op een stok

Ook zij de schrijven, ontgaan niet aan drank.
Al die geheimen, geen brood op de plank.
Weg met die ganzeveer, perkament, inkt,
ja je bent pas een man als je af en toe drinkt. van

Wie van het zwaard leeft, heeft ook wel eens pijn.
Moet dan op zoek naar een vriend chirurgijn.
't Leven is pittig voor wie zieltjes maait,
op het slagveld een alpha, maar altijd genaaid.

Rest ons de adel, zij doen ook hun best.
Al die rebellen, het volk is een pest.
Vul dus die galgen, vernietig het beest.
En dan weer een nieuw vat want, het is altijd feest. met

Als ik teveel drink, dan word ik brutaal.
Noem ik u trollenkwijl, boomwolf, pispaal.
En ik besef op een dag is het klaar,
maar als u mij wil straffen, verdrink mij dan maar. in

'k Zie hier collega's, zij zingen ook mee.
Supergetalenteerd scherp op de snee.
Maar als u vraagt wat is 't dat hier zo meurt,
wel zij zitten te sterven, want het is nu hun beurt.

============================================================

Laat ons drinken

't Is laat in de avond, een kroegje aan zee
Stil in de straten maar uit het café
Klinkt een lied en de wind voert het mee
En als je goed luistert versta je het refrein:

Laat ons drinken op al onze vrienden
Laat ons drinken op al onze vrienden
Laat ons drinken op al onze vrienden die hier niet zijn

De woorden zijn simpel, de stemmen zijn hard
Het klinkt wat eenvoudig en soms heel verward
Maar 't is eerlijk en recht uit het hart
En al klinkt het zo vrolijk, je voelt ook de pijn

Zeg me wat is een stuurman zonder kompas
Wat is een zeeman zonder zijn glas
En de kroeg dat is zijn domein
Daar zingt hij en drinkt hij z'n whisky of wijn

't Is laat in de avond, een kroegje aan zee
Stil in de straten maar uit het café
Klinkt een lied en de wind voert het mee
En als je goed luistert versta je het refrein

============================================================

Haribdianen in hemden van staal (schippers van h.)

Ze kwamen uit het noorden, of misschien uit het oosten
Dat weten we niet want dat houden ze stil
Een kleine groep kerels vol listen en lagen,
Maar zonder geweten bloeddorstig en kil.
Maar er was toch geen volk wat beter kon moorden,
Dan Haribdianen in hemden van staal.
En waar ze ook kwamen, daar stierven de mensen,
Volg hun spoor ’t is stoffig en kaal.
Volg hun spoor ’t is stoffig en kaal.

Er is fel gevochten tussen bossen en bergen
Cultuur werd verscheurd door de taal van geweld.
En wie nog wou leven moest laf op de knieën.
Het einde der tijden is toen reeds voorspeld.
Maar er was toch geen volk wat beter kon vechten,
Dan Haribdianen in hemden van staal.
En waar ze ook kwamen, daar brandden de huizen,
Zie de rook ’t is stoffig en kaal.
Zie de rook ’t is stoffig en kaal.

We kennen nu rust, want hier heerst dus de vrede
En als ze nog vechten is het tegen elkaar.
Voor wie hier zijn plaats kent in er altijd te vreten
Voor wie goed kan zwijgen is het leven niet zwaar.
Maar er was toch geen volk wat beter kon heersen,
Dan Haribdianen in hemden van staal.
Dus sluit maar je ogen, denk niet aan je kinders
Leef je leven stoffig en kaal.
Leef je leven stoffig en kaal.

Het noorden is duister, de grenzen zijn troebel
De maan schijnt te fel en de mensen zijn bang.
Misschien is het tijd voor een nieuw soort van vrede
Want weet mooie liedjes, die duren nooit lang.
Maar er was toch geen volk wat beter kon denken,
Dan Haribdianen in hemden van staal.
Dus zet u tezamen en laat het ons weten.
Zijn onze leiders stoffig en kaal?
Zijn onze leiders remedie of kwaal?

============================================================

Heron (there were roses)

De ridders van de rozen, met wit en zwart en rood
zij brengen wel gerechtigheid, maar ook een snelle dood 
Dus elk past op zijn woorden zelfs vrienden zijn toch bang
want met een rode roos als vriend dan leef je niet zo lang
Maar Heron hij was anders ja Heron was speciaal
een mentor voor de dwalenden een oor voor elk verhaal
Hij deed wat moest gebeuren verzaakte nooit zijn plicht
en stichtte vrede waar dat kon zag in alle harten licht

Refrein: Hij was Heron, Heron, hij was Heron
En de tranen van zijn vrienden stromen samen

't Was op een heldere avond er werd gedronken en gefeest
Tot een duister iemand bij hem kwam waar het kampvuur was geweest
zijn lichaam werd gevonden het bloed nog warm en rood
maar het leven was vervlogen onze rode roos was dood
De vraag is nu waarom dan toch wie doet zo'n laffe daad?
Welk monster kan nog slapen na het doen van zoveel kwaad?
Wat Heron ook gedaan heeft, wie eist nu deze prijs
Om een ridder te vermoorden op zijn eerste huwelijksreis

Refrein

Zijn jonge bruid werd weduwe de ogen roodomrand
En alles wat er achterbleef een berichtje in de krant
Wat is nu de boodschap hier van dit droevige verhaal?
Is het nutteloos om goed te doen is dat dan de moraal?
Of blijven wij aan Heron trouw en vechten tot de dood
voor vrienden en gerechtigheid zoals de ridder rood
want juist als hij verdwenen is vervolgen wij zijn strijd
als wij een beetje Heron zijn dan zijn wij hem nooit kwijt.

Refrein

============================================================

David (fields of gold)
Wilde landen bracht vele helden voort
En de grootste dat is David
In het geel gehuld enig in zijn soort
Als een strijder van de zon

Ieder spingedrocht week spontaan opzij
Voor het zwaard van deze David
Menig demon stierf in een vechtpartij
Met die krijger van de zon

Ook de zoncultuur werd door hem omarmd
Hoor het lied van onze David
Een fles goudlikeur die je ziel verwarmd
Van een volger van de zon

Maar oude helden zijn zeldzaam
De meeste sterven voortijdig
Maar ik zweer dat zijn laatste strijd
Is gestreden voor de zon
Is gestreden voor de zon

Wilde landen bracht vele helden voort
En de grootste dat is David
In het geel gehuld enig in zijn soort
Als een strijder van de zon

Maar de grootste eer werd door hem behaald
Na de val van onze David
Salacia zelf heeft hem opgehaald
Gedenk David van de zon
Gedenk David van de zon
Gedenk David van de zon

============================================================

Gea’s postbodelied (Brave)

De wind blaast door m’n haren En ik voel me vrij en sterk
Als ik als een echte bode In de Wilde Landen werk

Elke weg, kan ik gaan Elke droom krijgt dan vrij baan
En ik ga Al m'n dromen achterna

(Nana na na na na na) (Nana na na na na na)

De bomen ruisen zachtjes, de rotsen zijn ruig en kaal
Elke vogel zingt een liedje, Ieder mens heeft een verhaal

En de post voert alle woorden voorbij de hoogtste top
Mocht ik ooit postbode worden kan ik me geluk niet op

Elke kans, grijp ik aan om mijn vleugels uit te slaan
Laat me gaan Achter al mijn dromen aan

(Nana na na na na na) (Nana na na na na na)

laat me vrij, laat me vrij, laat me vrij, laat me vrij

============================================================

Leg me te rusten

Leg mij te rusten, leg mij maar neer,
Want ik ben gebroken en helen kan niet meer
Een vriend is gevallen, een eind aan zijn jacht
Dus wie zingt mij in slaap deze nacht?

De wereld, zo donker, en ik ben alleen
Geen hulp van de goden, hun wil zo hard als steen
Ze hoorden me breken, ontdaan van mijn kracht
Waar klinkt nu zijn lied deze nacht?

Ik lig hier en zie hoe het vuur langzaam dooft
Ik lig hier voor altijd van vriendschap berooft
De goden die kijken en zien hoe ik wacht
Maar niemand die nog zingt deze nacht

Dus leg mij te rusten, oh leg mij maar neer
Want ik ben gebroken en helen kan niet meer
Een vriend is gevallen, een eind aan zijn jacht
Dus wie zingt mij in slaap deze nacht?

============================================================

Broeders in strijd (brothers in arms)

Deze woest groene bossen,
Zijn vanaf nu mijn thuis.
Want ik volgde Petraius
En draag een korte wambuis
Van mijn jeugd en waar ik leefde
Ben ik herinnering kwijt.
Verlangde je zo naar je broeders in strijd.

De groene hel en de veldslag,
Gelouterd in vuur.
Ik zag hoe je neerzeeg,
Middenin de schildmuur.
Maar je stond toch weer op en door,
Je verwonding ten spijt.
Je bleef aan mijn zijde mijn broeder in strijd.

Zoveel zielen kwamen aan,
Zoveel zielen zijn vergaan.
Maar de band gesmeed in strijd,
Zal nimmer meer vergaan.

De zon is naar de hel,
En de maan schijnt te fel.
Helden worden niet oud,
Dus ik zeg je vaarwel.
Maar waar je ook heen gaat,
Besef voor nu en altijd,
Je bent gek als je vecht
Tegen broeders in strijd.


============================================================



============================================================



============================================================




Comments (0)

You don't have permission to comment on this page.